Het prijsplafond voor stroom en gas: alles wat je moet weten

Er is de afgelopen tijd veel geschreven en gezegd over het prijsplafond, zoals ook deze kamerbrief. Hoe werkt het? Hoe werkt het niet? Welke installaties vallen er wel en/of niet onder? Omdat een gemiddelde kamerbrief veel tekst bevat, maar je wel even moet zoeken om te vinden wat je graag wilt lezen, hebben wij een handig overzicht gemaakt. Hier kun je precies in terugvinden welke installaties wel en welke installaties niet geraakt worden door het prijsplafond.

In dit artikel is de achtergrond van de Europese commissie om met deze maatregel te komen niet meegenomen. Alle details zijn immers ook te vinden via de gedeelde link.

De rode draad is dat met name de grote(re) installaties wel worden geraakt. Hier zijn verhoudingsgewijs het minste (aantal) installaties van in Nederland. Wij verzorgen met name adviesdiensten voor veel producenten van zon- en windenergie, met zowel minder als meer opgesteld vermogen dan 1MW. Daarom hebben we dit overzicht zo plat mogelijk geslagen.

Zo weet je namelijk snel of het prijsplafond op jouw installatie van toepassing is of niet.

<1 MW opgesteld vermogen: geen prijsplafond van toepassing.

>1 MW opgesteld vermorgen: 130 euro per MWh. Alle marktinkomsten >130 euro per MWh worden voor 90% afgeroomd.

Installaties met SDE >130 euro per MWh: meeropbrengsten boven het SDE bedrag worden voor 90% afgeroomd.

Biomassa (uitgezonderd biomethaan): 240 euro per MWh. Alle marktinkomsten >240 euro per MWh worden voor 90% afgeroomd.

Afroming gaat plaats vinden via een aangifteprocedure welke nader wordt vormgegeven. 

Let op: 1MW opgesteld vermogen PV-installatie staat gelijk aan ongeveer 2.800 zonnepanelen van 350 Wp.

Wat hierin belangrijk is, is dat het prijsplafond toeziet op de 'marktinkomsten' vanuit overeenkomsten voor productie van duurzame energie. Niet per definitie overeenkomsten voor 'teruglevering'. Het RVO stuurt namelijk, zoals het tot nu toe lijkt, iedere producent die bij CertiQ is aangemeld een brief waarin staat dat de installatie is aangemerkt als installatie die wel/niet onder de verordening valt.

Over de gehele periode van 1 december tot (vooralsnog) eind juni wordt er gekeken naar de productievolumes en totale inkomsten, met name ten behoeve van het minimaliseren van administratieve lasten. Milton Friedman zei het echter al in 2006, “niets is zo permanent als een tijdelijk overheidsprogramma”. Er is dan ook een evaluatie bepaling opgenomen op basis waarvan de Commissie uiterlijk op 30 april 2023 evalueert en kan voorstellen de toepassingsperiode van de Verordening te verlengen.

De rekensom is gelukkig overzichtelijk:
Totale inkomsten (€) / Totale productie (MWh) = marktinkomsten per MWh

Dit houdt dus ook in dat er wordt gekeken naar prijsfixaties, alternatieve prijsstructuren (e.g. operationele lease), inkomsten voor Garanties van Oorsprong en eventuele afslagen / profiel en onbalanskosten die zijn vastgesteld in overeenkomsten voor productie van duurzame energie.

Wil je meer weten over overeenkomsten voor je productie installatie? En ben je benieuwd naar wat onze Stroomkr8 adviseurs voor jouw energiehuishouding kunnen betekenen? Neem dan eens contact met ons op via: hallo@stroomkr8.nl. We helpen je graag!